A en B zijn buren in een portiekflat.
Ze kunnen goed met elkaar opschieten, ze lopen gemakkelijk bij elkaar naar binnen.
Het is vandaag oud-papierdag.
A zet het papier beneden in de portiek.
A scharrelt wat in het papier dat er al staat.
A vind een staatslot van deze maand. Thuis checkt A op de website het lot. Er is een prijs van € 200.000,- op gevallen.
B had al eerder het papier beneden gezet.
B ordent nog wat spullen in de kamer.
B ziet de envelop van het staatslot liggen: leeg.
Heeft B per ongeluk het lot weggegooid i.p.v. de envelop?
A komt opgewonden binnen bij B.