Je rijdt op herfstachtige dag over de landweg, de wind blaast de rood bruine blaadjes op het raam van je auto, her en der rijd je door de modder. Vroeger reden jullie hier met een rotgang over deze wegen, honderd was geen uitzondering. Nu rijd je langzaam ook al zou je harder willen het gaat niet, je zit namelijk al een tijdje achter een tractor. Na wat een eeuwigheid lijkt slaat die rechtsaf en zie je de kerk van Rietmolen opdoemen. Jij slaat rechtsaf richting het ouderlijk huis van Ziggy.
Eens per maand komt de bende van Rietmolen nog bij elkaar. Ten minste degene die kunnen. Jullie zijn een bende omdat het altijd een zooitje was als jullie in de keet van Ziggy bij elkaar kwamen. Elk weekend was zuipen, lallen en af en toe een blow. Nu zijn jullie volwassen, maar het is traditie geworden om samen te komen om te drinken, te kaarten en te kletsen. Steeds vaker herhalen jullie verhalen uit jullie jonge jaren. Maar wat weten jullie eigenlijk over elkaars leven nu?
Lees verder “De bende van Rietmolen”
Het was 2.05 toen de eerste explosie op nummer 5 door de nacht knalde. Dit was duidelijk geen vuurwerk. De tweede explosie op nummer 7 volgde een minuut daarna. Zo snel als jullie konden haastten jullie je richting de straat, elk uit je eigen huis. Buiten zagen jullie de vlammen uit de huizen van jullie buren, nummer 5 en 7 al uit de ramen opstijgen.
Lees verder “Buren”
Wat doet de lockdown met een mens, een familie? Een verhaal voor beginners. Wij speelden dit verhaal tijdens een trainingsavond.
Lees verder “Café en zalencentrum Kerkzicht”
Jullie hebben al dertig jaar een relatie. Hebben elkaar in moeilijke tijden gesteund. Tijdens de laatste lockdown worden de ergernissen ook uitvergroot. Hij ruimt nooit iets op en het moet altijd op haar manier gaan. Na weer de volgende aflopende thuiswerk-dag is de maat vol.
Moeder heeft altijd hard gewerkt verschillende schoonmaak baantjes productievermogen, enz. Alles zodat de kinderen het beter hadden.
Dochter, jij kon goed leren en hebt snel carrière gemaakt. Je bent je moeder dankbaar maar je merkt ook dat je in je nieuwe werk niet praat over je moeder omdat je je schaamt over haar afkomst
Het buurthuis ligt midden in deze volkswijk. Mensen zitten voor hun huizen op kratjes bier. Het grof vuil wordt doorzocht door manke Henk. Ze zeggen dat hij in het leger heeft gezeten. Maar niemand weet het zeker. De huizen zijn verouderd omdat de woningbouw nooit geld heeft om het op te knappen.
Lees verder “Buurthuis het rode plein”
Zoals het een oud en statig landhuis betaamt, doen er veel spookverhalen de ronde over het landhuis van de Hertogen van Rectum. De bekendste van deze verhalen gaat over het “Meisje in het Trappenhuis.” Velen claimen haar gezien te hebben – bovenaan de grote trap bij de entree van het landhuis verschijnt soms een jong meisje, gekleed in een blauwe jurk. Geruisloos zweeft zij naar beneden, de hoek om en verdwijnt dan. Niemand weet precies wie het is – Margaretha, de dochter van de 13e Hertog, of is het toch Rietje, een dienstmeisje uit de 19e eeuw?
Lees verder “Spokenjacht”
Jullie werken al jaren als collega’s samen. Samen hebben jullie een plan bedacht wat het bedrijf 10.000 euro’s oplevert. Dit hebben jullie aan de directeur overhandigd. Maar je collega heeft gedaan of het zijn idee is.
Jullie zijn een arbeidersgezin. De partners zijn al 30 jaar samen. De ouders hebben altijd hard gewerkt. Hoewel de partners vanuit liefde bij elkaar zijn gekomen. Er zijn nog verhalen van dansavonden waarbij tot diep in de nacht duurde. Nu wordt er vooral naast elkaar wordt geleefd. Tenminste die indruk krijg jij, zoon of dochter.
De kostwinnaar zit in zijn stoel en zegt “ heb jij mijn bril gezien”. De partner staat op en pakt de bril en legt die voor haar partner neer met de woorden “die kun je toch ook zelf pakken”
zoon/dochter, jij gaat er wat van zeggen
Twee collega’s die in de zorg werken. Jullie werken al 8 jaar samen. De ene is de leermeester van de ander geweest. Beide waarderen elkaar omdat ze in verschillende situaties goed samen hebben gewerkt en moeilijke klussen hebben geklaard. De ene heeft alles al mee gemaakt en ziet nieuwe ontwikkelingen niet zitten, hij werkt ze tegen en geeft er op af.
De ander wil zich en de werkomgeving verder ontwikkelen en begint zich steeds vaker te ergeren aan de vastgeroeste collega.