Maar je hebt toch alimentatie?

Jullie zijn getrouwd, hebben vier kinderen samen.

Persoon 1 jij bent lang geleden gestopt met werken om bij de kinderen te blijven. Je hebt met veel liefde voor ze gezorgd en het zijn nu vier gezonde pubers.

Persoon 2, jij bent lang geleden verliefd geworden op de secretaresse en hebt besloten om te scheiden van je partner.

Persoon 1, doordat jij een gat op je CV hebt, kom jij moeilijk aan werk en hoewel jullie nu een tijdje gescheiden zijn, kun jij geen eigen huis vinden.

Persoon 2, je wil gaan samen wonen met je nieuwe liefde, dat betekent dat persoon 1 met de kinderen uit huis zal moeten.


Kiezen tussen twee liefdes

A, jij bent verliefd op twee personen, beiden zijn ook verliefd op jou en weten dat jij nog moet kiezen. Jij hebt je voorgenomen ze niet te lang aan het lijntje te houden en vandaag de beslissing te maken. Je hebt hiervoor de hulp ingeschakeld van jouw goede vriend B.

Oh zo vroom, maar intussen

Esther, jij bent een vrome jonkvrouw. Mannen van heel het land vragen om jouw hand, want je komt van een goede familie, bent welbespraakt en zult later een groot stuk land erven van jouw vader, mits je natuurlijk trouwt met de juiste echtgenoot.

Het probleem is, dat jij hopeloos verliefd bent op de nar, Kevin. Een die niet van adellijke familie komt en wiens taak het is om anderen aan het lachen te maken.

Kevin, jij weet nog van niets, maar jonkvrouw Esther heeft je verzocht om een privé-optreden te geven in haar vertrekken.



Jij krijgt mijn nier

Speler 2, jij wacht al 4 jaar op een donornier. Er zijn hier weinig van in Nederland. Nu is er een in het laboratorium een middel ontwikkeld waarmee er geen biologisch passende donor meer nodig is, omdat het lichaam door het middel het donororgaan sneller accepteert. Om aan dit onderzoek meer bekendheid te geven is er voor patiënten een ‘uitreiking’ waar Speler 1 zich voor ingeschreven hebt. Tijdens de loting ben jij het geworden en vandaag ontmoet jij speler 1 die één van zijn nieren afstaat voor dit goede doel.

Speler 1, jij staat overmorgen je nier af, maar wil eerst de gelukkige winnaar ontmoeten en jezelf verzekeren dat deze ook jouw nier wel verdient


Wat heb je nu weer in huis gehaald?

Persoon 1, jij hebt een grote liefde voor het afstruinen van tweedehands winkels.

Persoon 2, jij zou het niet als een grote liefde, maar als een verslaving benoemen. Jullie huis begint vol te raken met goedkope weckpotten, vazen, servies en andere prullaria. Tijdens de lockdown waren de winkels gesloten en zo ook de tweedehandswinkels. Sinds de afgelopen versoepelingen kun jij je hart weer ophalen.

Persoon 2, jij vindt dat de verzameling echt uit de hand begint te lopen en brengt geregeld spullen naar de tweedehands winkel achter de rug om van persoon 1. Dat er tijdens de lockdown niets bij kwam, vond jij heerlijk.

Zodadelijk komt persoon 1 met een nieuwe verzameling binnen, toevallig wat spullen waarvan persoon 1 kon zweren dat die uit haar/zijn eigen bezit kwamen.


Het Louvre

Daar zitten jullie dan, in een stacaravan op een lege camping in Zwitserland. Tussen jullie in de doos met juwelen van onschatbare waarde die uit het Louvre zijn gestolen. Jullie hadden het idee al 2 jaar, maar eigenlijk kon je nooit denken aan de tijd ná de roof. Maar nu is het dan zover en het is gewoon gelukt. Voldoening en ongeloof vechten om aandacht Lees verder “Het Louvre”


Marktplaats vondst

Persoon 1: jij hebt per ongeluk een belangrijk familie erfstuk naar de kringloopwinkel gedaan, het zat in een kast zonder dat je het doorhad. Je hebt een oproep gedaan om te vragen of de eigenaar van de kast de kast terug wil verkopen (zonder duidelijk te maken dat het erfstuk erin zat).

Persoon 2: Jij hebt de kast gekocht en hebt het erfstuk gevonden. Je weet nog niet of je het terug wil geven.


Verlatingsangst

A, jij worstelt al een tijd met twee angsten; vliegangst en verlatingsangst.

B, jij worstelt ook met deze angsten, met name omdat jij door A nergens komt. Jij wil al heel lang een reis naar Bali maken, maar laat je tegenhouden door A.

Vandaag heb je het besluit genomen; A moet zich over 1 van zijn angsten heenzetten want jij gaat naar Bali.