A na een lange dag werk stap jij de bus in, je sukkelt langzaam is slaap. Als je wakker wordt, zit er niemand meer in de bus. De bus staat stil naast een weggetje bij een verlaten weiland. Ben je ontvoerd? Je snapt er niks van. Dan zie je dat de buschauffeur er nog wel zit. Hij/zij huilt zachtjes.
B jij bent die buschauffeur.
Hotel California van Eagles
Such a lovely place. Dat was jullie California. Maar tegenwoordig niet meer. Kapitalisme heeft dat weg gemaakt en jullie paradijs is verloren. Jullie besluiten dan ook om je soeverein te verklaren en een nieuwe staat op te richten.
Hiervoor hebben jullie een groot stuk land gekocht en jullie als initiatiefnemers zijn al een aantal maanden bezig om over te gaan naar de realisatie. Maar gaandeweg merken jullie toch dat jullie verschillen in de aanpak. Zo vindt de een dat het een tijdelijke verblijfplaats moet zijn, als een hotel. En de ander een toevluchtsoord voor iedereen. Hoe gaan jullie verder en komt die nieuwe California er nog wel?
Jules, je hangt voor de buis. Onrustig. Moe. Verdrietig. Een vreemde angst draait om je heen.
Robin, je bent de geest van de partner van Jules. Je kunt het huis niet verlaten en wacht tot je bevrijd wordt. Tot Jules je loslaat.
In de kamer hiernaast begint jullie dochtertje weer te huilen.
Persoon 1 en Persoon 2, jullie werken samen op een groot kantoor in Rotterdam. Jullie werken op dezelfde afdeling PR en zijn nogal plagerig-competitief. Graag troeven jullie elkaar af met jullie goede ideeën en hierdoor ontstaat er tussen jullie een symbiose; jullie houden elkaar scherp.
Persoon 2, vorige week heb jij, zonder dat Persoon 1 dat weet, hem afgeluisterd terwijl hij stond te overleggen met een andere collega in het magazijn. Jij hebt zijn masterplan voor een nieuwe reclame gehoord en je moet zeggen, die is wel erg sterk. Maar nu jij hiervan weet, kun je doen alsof het jouw idee was. Hierdoor zal jullie ‘gelijkwaardige’ relatie wel veranderen. Je merkt dat dit idee je een vervelend gevoel geeft en twijfelt dan ook of je zijn masterplan voor je moet houden of moet doen alsof jij dit hebt bedacht.
Coconut – Harry Nilsson
A: Jij bent de doctor in een klein dorpje. Omdat je de enige bent moet je 24/7 beschikbaar staan. Je hebt het eigenlijk altijd rustig… Behalve dan met B. B jij belt voor alles. Zoals altijd geef je hem een aspirientje en kijk het maar even aan Het is nu 2 uur ’s nachts en je wordt gebeld. Ja hoor… Kom maar weer langs
B: Jij bent het nu echt spuugzat dat A jou nooit serieus neemt! Alsof je voor de lol al die kwaaltjes hebt! Dit keer ga je niet weg voor je een ECHTE diagnose hebt!
2 spelers. Jullie hebben een date. Jullie hebben wel gechat, maar nog geen foto’s uitgewisseld. Om het spannend te houden. Jullie hebben afgesproken in een park en hebben beiden een paraplu in je handen om elkaar te kunnen herkennen. Kom je in het park op de afgesproken plek: zit je partner op het bankje; jullie zijn 12 jaar getrouwd.
Bilie Jean – Michael Jackson
Christian, een half jaar geleden ben jij vader geworden. Hoewel je dol op je zoon bent, gaat het niet goed tussen zijn moeder en jou. Dat is ook niet zo gek, jullie kwamen elkaar tegen in een discotheek en hadden een one-night stand samen. Een tijdje later vertelde ze je dat ze zwanger was en dat ze het wilde houden.
Jij hebt destijds de keuze gemaakt er voor jouw zoon te zijn, maar het leven valt je zwaar. Je hebt een goede band met Arjen, de broer van jouw partner en besluit hem om raad te vragen.
Trainer/ouder.
Pupil/kind van trainer.
Wat: Gezamenlijk probleem: De pupil/kind van de trainer is erin geluisd door trainer/ouder en dit moet indien mogelijk opgelost worden.
Waar: Situatie speelt zich af op het trainingscomplex.
Wanneer: Een half uur nadat de pupil telefoon heeft gehad van het Olympisch comité met de boodschap dat ze haar gouden olympische medaille moet inleveren en deze ongeldig is verklaard.
Lees verder “Doping schandaal in de freestyle skiing wereld”
A, jij bent de meest geliefde buurvrouw van de straat. Jij organiseert het jaarlijkse straatfeest, de bloemetjes voor de zieken en staat altijd klaar. Iedereen noemt jou ‘de sterke vrouw’. Zo heb je ook een langlopende band met je buren.
B, als zoon van de buurvrouw kom jij al jaren iedere week bij A over de vloer. Als inmiddels volwassen zoon van A’s buurvrouw, snap je nog steeds niet waarom jij nog altijd iedere week naar A gaat. Tot vanavond.
A, jij bent schrijver van beroep. Je timmert leuk aan de weg, doet t al jaren goed met fictie en soms wat non-fictie. Geen Literatuurprijs of knallende verkoopcijfers, en juist daarmee ben jij wel content. Zo kan jij creeeren zoals het uit jouw brein stroomt. Dat werkt, meestal.
B, jij schrijft dag-in, dag-uit je dagboek vol. Al jaren giet jij jouw zieleroerselen in dat ene cachet. Vorige week is er bij jou ingebroken. Je trof jouw huis kaal aan, alles weg. Erger dan dat; jouw schrijfboek was weg. (Dag boek)
A en B, als een soort ouder en kind zijn jullie al jaren het hart van DE SCHRIJVERSvereniging van Deventer. A’s gerenomeerdheid en B’s drive binden deze fanatieke club schrijvers. Vanavond moeten jullie een plan maken voor een televisieuitzending bij Eus’boekenclub in ‘t Burgerweeshuis.